maandag 13 maart 2017

Gran Fondo Dead Sea- Israël



Het eerste hoogtepunt van het fietsjaar kwam, net als vorig jaar weer erg vroeg. In beide gevallen heb ik dat te danken aan Ran Margaliot,  teammanager van Israël Cycling Academy (met onder meer de Nederlander Dennis van Winden aan boord).Vorig jaar was dat de nogal hilarische dag rond de Gino Bartali-memorialrit van Firenze naar Assisi. Nu was het een tripje naar Israël vanwege de Gran Fondo (Cyclo) Arad Dead Sea.
Ran zelf is ex-coureur bij Tinkof, en woonde een aantal jaren in Lucca. Een paar jaar geleden heb ik hem eens geïnterviewd voor een gerenommeerd periodiek. Helaas werd het artikel om onduidelijke redenen niet geplaatst. Shit happens, zoals wij allen weten. Hopelijk valt de verkiezingsuitslag woensdag a.s. niet in deze categorie. Stemadvies: stem op de partij waar je je het meest thuisvoelt; wie moet anders opkomen voor je ideeën? Stop het zweven en zweten! Maar we dwalen af.

Teammanger Ran nodigde de onvolprezen Paladino Meschi van de even onvolprezen fietswinkel Chronò mede-Lucchees Riccardo Bonini en mij uit om een lang weekend (2-5 maart) naar Israël te komen om deel te nemen aan deze bijzondere Gran Fondo. Die cyclosportieve speelt zich af op een parkoers in de Negevwoestijn met als startplaats Ein Bokek, fameus kuuroord aan de Dode Zee. in de buurt van Arad. Als je last hebt van psoriasis.... een bad in het het extreem zoute water van de Dode Zee schijnt een heilzame uitwerking te hebben, Ik heb het na afloop van de rit ook gedaan, en heb er in ieder geval niets aan over gehouden.


Terug op aarde...

Voor de race

Het duurde wel even, tot een paar dagen voor vertrek, voordat we wisten hoe ons programma er precies uit zou gaan zien. Twee dagen tevoren kenden we de meeste, maar zeker niet alle détails. Donderdagochtend 2/3 heel vroeg met de bus naar Firenze ( 1 uur), van daar met de Freccia rossa super sneltrein naar Milaan (1u 45 min), dan weer met de bus naar vliegveld Malpensa (1 uur). Wel een mooie naam voor een luchthaven om vandaan te vertrekken, gezien de paar kilootjes die er bij  mij nog te veel aanhangen.



We vlogen met Turkish Airlines, en via Istanbul. Daar wachtte ons een tussenstop van een kleine 4 uur. Gelukkig waren er nog geen diplomatieke spanningen tussen de heer Erdogan en Nederland. Lang wachten, wat doe je dan? Biertje? Smaakt best zo'n Efes.


Bij aankomst in Tel Aviv hadden we er al een lange dag opzitten. Snir Ovadia van fietswinkel Bike Me kwam ons oppikken voor het laatste stukje naar ons hotel, toch nog wel een eindje rijden. Onze fietsen voor twee dagen stonden op de auto, reeds keurig op onze maten afgesteld. Mij werd een mooie Giant TCR toebedeeld, met electrische schakeling (Shimano IUltegra Di2). .

Modern Tel Aviv

Jaffa, stad met rijke historie

Na een korte nacht en het ontbijt moesten we uiteraard op verkenning, eerst op de fiets langs de boulevard heen en weer naar Jaffa, de oude stad, later te voet, weer naar Jaffa en de moderne stad in. Tijd hadden we genoeg. Pas einde middag zou Ran ons komen ophalen voor de lange rit richting het strijdperk van de volgende dag. Nou ja, alvast in de buurt.





Voedzame rennerslunch in hippe bar




Markt in Tel Aviv

Glaskunstenaar, markt Jaffa


Muurschildering, markt Jaffa



       Permanente markt Tel Aviv; achter mij Paladino en Riccardo



Centrum Tel Aviv, ff zitte


Na inchecken in ons tweede hotel in Arad werden we op door drie renners van Israël Cycling Academy onder de hoede, en mee uit eten genomen. Onder hen Dan Craven, relaxte gast, door uiterlijk en gedrag iconische figuur in het peloton . Op de laatste Olympische Spelen in Brazilië maakte hij nog furore door de tijdrit als enige te rijden op een normale wegfiets. Tsja, hij was op de valreep opgeroepen als invaller vanwege de vele valpartijslachtoffers in de wegrace. En hij had nu eenmaal geen tijdritfiets meegenomen. Dan Craven speelt zo'n beetje een vaderrol in zijn ploeg; die met uitzondering van ex-Lottoman Dennid van Winden louter uit jonge renners uit vele windstreken bestaat . Leuk om met hem en met Luis Davila (kampioen van Mexico) en met Aviv Yechezkel, (tolk/regelneef waar nodig), te tafelen en te kleppen.

De race

Ein Bokek, start- en finishplaats aan de Dode Zee

Op zaterdag was het dan zo ver. In alle vroegte kwamen onze hoeders voor twee dagen ons weer ophalen voor de laatste 40 km naar de startplaats Ein Bokek. Bij de start de gebruikelijke taferelen, fiets in elkaar zetten, bordje op de fiets binden, bandjes op spanning brengen, wat te eten wegsteken. Gauw nog even plassen voor het ultieme gewichtsverlies. Van die dingen, weet je wel?





Luis en Dan zoeken een plekje voor de start


Eerst gaan de deelnemers aan de meerdaagse Dead Sea Arad-tour van start. Het wordt hun 3e en laatste etappe. Onder hen ook Sjors Beukeboom, in 2014 Nederlands kampioen bij de journalisten en mijn clubgenoot bij WV Gaul. Hij zal toptien in het klassement eindigen.

En dan gaan wij. Het is meteen chaos. Paladino gaat er als een speer vandoor met de eerste ca. 150 renners. Riccardo en ik aarzelen. Achter ons wordt geroepen dat we moeten wachten, waarom is niet helemaal duidelijk. Met tweeën peddelen we maar zo'n beetje door, in afwachting van de achtevolgers, in wier midden we een mooi plekje opzoeken. 155 km voor de wielen. Het is in ieder geval prima weer, zonnig en bij de start al een graad of 16



We rijden lekker mee, totdat Riccardo platvalt, c.q. lek rijdt. Ik wacht, maar de rest rijdt door.

 Lek!

We rijden een tijdje met tweeën door, in afwachting van groepjes achter ons waar we weer post kunnen vatten..



En dan volgt na circa 75 km de gevreesde Scorpion's Climb, een historische site. Hij mag dan een gemiddelde stijging van 'slechts' 8.6% kennen, maar dat komt omdat er een tussenstukje in zit waar het wat omlaag gaat. Er zitten valse bochten in en steile stukken van zeer ruim boven de 10%; Ik zag in ieder geval een paar stukken van tegen de 20%. Hoe ook, ik werd 2 x voor even te voet gesteld wegens hevige krampaanvallen. Toch te weinig gedronken weer? Ik denk het.



                         De gevreesde Scorpion's Climb, gem. stijging 8.6%



De klim valt eenieder zwaar, maar de uitzichten zijn megamooi. Mij valt hij erg zwaar, het vergt het nodige van mijn krachten, ik doe het opkarakter. Ik vraag me af: hoe lang nog zal ik dit soort dingen (kunnen) blijven doen. Boven mij zie ik een grote roofvogel rondcirkelen, het lijkt me een havikarend. Heeft hij mij als potentiële prooi reeds op de korrel? Sta ik in de voedsselpyramide reeds onder hem?


Gelukkig wordt ik bovenin nog stevig aangemoedigd door de mensen van Israël Cycling Academy, ik krijg nog wat te eten. En vers water. De kramp trekt weer weg, nog zo'n dikke 60 km te gaan. De verzorging onderweg is overigens prima, er zijn vier bevoorradingsposten. We hoeven het niet zonder brandstof te doen. 








Op km 120 worden alle deelnemers voor een tijdje van de fiets gehaald. Vanaf deze plek is er escorte van politie naar de meet. Vanwege de hoge snelheden, het is afdalen naar de Dode Zee, maar vooral vanwege het wat drukkere verkeer. Na ongeveer een half uurtje (beetje eten, drinken en rekken) mag de inmiddels van achter nog flink aangegroeide groep verder. Het gaat behoorlijk hard, maar de weg is prima. Zonder al te grote inspanningen bereiken we Ein Bokek weer.

Na de race

Een drukte van belang daar op de finishlocatie. Als finisher krijg ik een mooi t-shirtje.


Het eerste bruin van het seizoen

Na een kort bad in de Dode Zee, ik ben er nu toch, reizen we weer af, richting Jerusalem. Hier hebben de renners en de meegereisde filmploeg van InCycleTV nog een paar dagen werk te doen. Paladino, Riccardo en ik douchen ons op de kamer van de heren coureurs. We zijn weer fris, voor het afscheidseten in een Libanees restaurant aan de rand van Jerusalem, en voor de terugreis naar Italië.


Aan tafel met de mensen die ons een heuglijk verblijf hebben bezorgd.

Hoogste tijd om naar het vliegveld te gaan, heel ver is dat niet meer.  Ran en zijn vrouw rijden voor ons uit. Na het hartelijke afscheid begint het wachten weer. Of eigenlijk eerst de toegangscontrole. Die is superstreng. Een voor een moeten we eerst een aantal vragen beantwoorden. 'Zitten er wapens in de koffer?' Shit, helemaal vergeten, in het hotel laten liggen is misschien een antwoord. Ik houd het maar bij 'nee'. 

Als ik klaar ben mag ik door, met een voorlopige instapkaart. Er volgen nog twee controles. Dat het zo streng is kan ik begrijpen, dat het een beetje vervelend toegaat, weinig vriendelijk, dat begrijp ik dan weer niet.

Een lange reis ligt voor ons, weer met een tussenstop in Istanbul met in de nacht ruim 4 uur wachten op de aansluitende vlucht naar Milaan. We ondergaan het gelaten, moe als we zijn.

Bij Riccardo en Paladino is het kaarsje uit


De bus brengt ons van het vliegveld naar het treinstation in Milaan. Rond 15.30 zijn we terug in Lucca, na anderhalve dag zonder slaap maar wel met een pittige inspanning. Volledig afgedraaid meld ik me weer bij Mary-Anne, vertel haar in het kort mijn belevenissen. En duik het bed in, voor de eeertse paar uurtjes diepe slaap.

Het was een prachtige ervaring, de hele reis,en uiteraard de rit door nogal bizar terrein, het herhalen waard. Alleen het mag met wat minder totaalsress, m.a.w. een paar dagen extra zou het geheel een stuk relaxter maken. We gaan met de orgaisatie proberen om voor 2018 tot een aantrekkelijk pakket te komen met wat meer ruimte voor fietsen en ook een beetje toerischtische invulling. Reis, verblijf, programma, fietsen, dat en meer zijn daarbij de aandachtspunten